Ze werd in 2020 verkozen tot Duurzame Docent en is met recht een kwartiermaker voor duurzaam onderwijs te noemen. Marjan Nijenbanning is zeer actief op het Groningse Terra mbo en in haar woonplaats Coevorden. Vorig jaar was ze zelf jurylid van de Verkiezing van Duurzame Docenten 2021. Wat drijft Marjan, wat doet ze en waar wil ze naar toe?
Ze is opgeleid als jeugdtherapeut en mediator, en werkte als begeleider omgangscentrum kind en scheiding, kindertherapeut, arbeidstrainer, werkadviseur en re-integratiespecialist. Ook was ze betrokken bij educatieve instellingen in Oeganda. Ze heeft inmiddels een indrukwekkende carrière opgebouwd in het mbo: behalve docent Food, Life & Innovation aan het Terra mbo in Groningen, was ze docentcoach, ontwerper van leeromgevingen, kennismakelaar ondernemend onderwijs en projectleider. Sinds juli dit jaar is ze projectleider geworden van het practoraat ‘Ondernemend leren met en van de sdg’s in het mbo’, ook op het Terra. En alsof ze niet genoeg te doen heeft, is ze sinds kort óók nog gemeenteraadslid geworden…
Marjan Nijenbanning (1969) omschrijft zichzelf als creatief en innovatief. ‘Ik ben een heel actief mens binnen het onderwijs in mijn regio, maar ook daarbuiten. Ik probeer binnen onze organisatie met alle lagen binnen de school een verbinding tot stand te laten komen en duurzaamheid daarin centraal te stellen.’
Van grond tot mond
Marjan over Terra: ‘Bij ons staat alles in het teken van de natuur en leefomgeving in de groene ruimte. Ecologie staat aan de basis. We zijn het zo ontzettend gewoon om met deze omgeving te werken dat we vergeten dát we het doen. Het zit in onze genen. Ik wil dat vooral heel zichtbaar maken.’ Marjan stond aan de wieg van de nieuwe opleiding Food, life & Innovation, waar de hele keten van voedsel centraal staat, ‘van grond tot mond’, zoals ze zelf zegt. ‘We hebben dat binnen die opleiding opgenomen als visie en leiden innovatieve foodprofessionals op, die een positieve bijdrage leveren aan een duurzame gezonde wereld én waarde toevoegen in de voedselketen. Dus in alles wat we doen staan duurzaamheid, innovatie, passie en het welzijn van de mensen (en natuur) centraal.’ Over haar nieuwe positie bij het practoraat: ‘Ik heb mij de afgelopen jaren flink ingezet om het voor elkaar te krijgen dat er een Practoraat kwam, dus dit is wel een ‘kroon’ op mijn werk.’
Ooievaarsnesten en bijentuinen
Veel activiteiten van Marjan zijn onderling verbonden en de geboren Groningse en getogen Drent stelt zich in haar aanpak bijzonder nuchter op: ‘Gewoon jezelf meenemen. Op je werk, én in je woonomgeving. Vanuit de buurt en speeltuinvereniging hebben we bijvoorbeeld een ooievaarsnest geplaatst, een bijentuin van ruim 3000 m2 opgezet en een buurtbijenimker de kans gegeven om de bijentuin als basis te nemen. Basisschoolkinderen, wijkbewoners en stadsgenoten bezoeken de bijentuin en kunnen ervan leren. We hebben het nu ook als activiteit voorgelegd aan VO-scholen. We zijn bezig het vogelbestand en diersoorten te inventariseren. We hebben onder andere ijsvogeltjes en visotters in de wijk.’
Veel van wat Marjan doet en vindt is rechtstreeks te koppelen aan de Sustainable Development Goals (SDG’s). ‘Die doelen lijken misschien abstract, maar gaan gewoon over kwaliteitsonderwijs, armoede- en hongerbestrijding, welzijn en gezondheid, vitaliteit, duurzame leefgemeenschappen, verantwoorde productie en consumptie, betaalbare en duurzame energie, mobiliteit op het platteland. Als ik dat in mijn eigen omgeving kan stimuleren, vind ik dat heel fijn, daar wil ik me voor inzetten.’ Het afgelopen jaar heeft Terra op initiatief van Marjan het SDG-charter ondertekend. Dit is een manifest waarin staat hoe het bedrijfsleven en het maatschappelijk middenveld kunnen bijdragen aan de SDG’s, en is het gelukt om bij het herontwerp van de curricula de SDG’s als ontwerpprincipe te hanteren.
‘We doen op Terra bijvoorbeeld veel landbouwprojecten die aanhaken bij natuurinclusieve landbouw om te onderzoeken hoe we kunnen bijdragen aan een duurzame wereld. Wat nieuw is, is dat we vooraf kijken wat de impact is van het project of de lessenserie. Ook gaan we werken met een soort zelfevaluatie binnen teams: hoe doen wij het als team, wat hebben we gedaan met de SDG’s en waar willen we naar toe.’
Handvatten voor docenten
Schoolwerk, buurtwerk en ook nog bestuurder van NADO. Wat vindt Marjan het belang van NADO en welke rol speelt ze hierin? ‘Het belang van NADO is erg groot, namelijk: hoe zorgen we ervoor dat er goed en bruikbaar materiaal ligt met handvatten voor docenten in alle lagen van het onderwijs om duurzaamheid te bevorderen? Mijn rol ligt met name bij het mbo omdat ik zelf een mbo’er was. Op latere leeftijd, toen ik werkte, ben ik verder gaan studeren. Ik ben een typisch voorbeeld van een leven lang leren en ontwikkelen. Ik heb op mijn 51e mijn master Leren en Innoveren behaald.’
In de visie van NADO is duurzaamheid op school geen keuzevak. Marjan interpreteert dat als volgt: ‘Het gaat om een compleet aanbod. Natuurlijk ga je als school eerst verkennen hoe je kunt beginnen. De wereld kwam ook niet in een dag tot stand. Het is een groeiproces. Vanuit een projectdag kun je uitbreiden naar een keuzedeel, dan uitbreiden naar grotere projecten om uiteindelijk door te groeien naar een whole school approach. Alle kleine beetjes samen maken een groter geheel. Ik realiseer me goed dat we maar beperkte tijd hebben, maar niks doen is geen optie. Dus als dit een tussenweg is, stimuleer ik dat van harte met daarbij altijd de vraag welke kansen het ons biedt en hoe we er meer mee kunnen doen.’
Eén planeet
‘We hebben maar één planeet’, antwoordt ze op de vraag naar wat haar drijft. ‘Ik ben opgevoed in een landelijke plattelandsomgeving met veel natuur om mij heen. Wij waren als kind altijd in het bos aan het spelen, we gingen op onderzoek uit om te ontdekken wat er allemaal was. Van boerderij tot zandpad, van sloot tot beekjes, alles was interessant. Als ik mijzelf voorstel als kind, dan herinner ik me hoe ik tot rust kwam in die natuur. Dat was zo’n fijne ervaring, dat gun ik iedereen. In de hectiek van nu hoop ik aan jongeren mee te geven dat de natuur veel te bieden heeft en dat het niet saai is, en waarom we er zuinig op moeten zijn.’
Behalve in haar eigen regio, zette Marjan zich ook in voor onderwijsverbetering op het Afrikaanse continent. ‘Van 2014 tot 2017 reisde ik regelmatig, met Edukans, naar Oeganda om daar, samen met mijn Oegandese collega’s, het onderwijs te verbeteren via activerende didactiek en praktische toepasbare instructie zonder allerlei hulpmiddelen. De Oegandezen zijn theoretisch goed onderlegd: ze kennen de boekjes, maar missen het vermogen om studenten praktisch mee te nemen in het werkveld. Kennis hebben is wat anders dan vaardigheden toepassen. Door oorlogen werden veel boeren omgebracht en werd hun land gestolen, en zo verdween die praktische kennis. Je bedacht je wel tien keer om boer te worden als je land steeds werd geroofd.’
Affiniteit met SDG’s
Welk advies heeft Marjan voor docenten als ze hun lessen en hun vak in de praktijk duurzamer willen maken? ‘Kijk vooral eens naar de SDG’s en hoe ze raakvlakken hebben met je onderwerp en de lessen. Is het mogelijk om per onderwerp ook een stukje duurzaamheid te belichten. Vanuit theoretische vakken is dat goed mogelijk, maar zeker ook vanuit AVO of generieke delen. Neem bijvoorbeeld SDG 2, een einde maken aan de honger. Je kunt dan met de studenten onderzoeken hoeveel leerlingen niet ontbijten voor ze naar school gaan, hoe dat invloed heeft op het leren en wat we daar met z’n allen aan gaan doen. Het stimuleert hun onderzoeksvaardigheden, burgerschap en creativiteit. Ze worden geprikkeld om na te denken over oplossingen en ze gaan zich verdiepen in de rol van de politiek, de invloed van de economische context en zelfs juridische aspecten komen aan bod. Die concrete toepasbaarheid van de SDG’s in de lessen is de reden dat ik samen met Heleentje Swart het SDG-kompas voor in de klas heb ontwikkeld; het geeft inspiratie en laat zien hoe de SDG’s onderling raakvlakken hebben.’
Wat wíl je leren
We ronden ons gesprek af met het jaartal 2030, een belangrijke deadline voor veel duurzaamheidsprogramma’s. Marjan heeft een duidelijk beeld waar zij als duurzame docent op dat punt wil staan. ‘Dat je bij al onze opleidingen terugziet dat duurzaamheid centraal staat en dat we meetbaar hebben kunnen maken wat de impact is op studenten en de circular skills die zij hebben geleerd.’ Marjan zou graag zien dat het onderwijssysteem wordt omgedraaid. MBO-opleidingen zijn nu heel vakgericht ingevuld. Studenten kiezen voor een beroep dat ze aanspreekt, en daarbij een bepaalde beroepsrichting, zoals zorg, techniek, veiligheid, groen.
Tekst: Henk Tameling | Foto: Noorderpoort