“I love to contribute to a world in which we take care of ourselves, each other, and nature. We are all connected. We are nature.” Met deze omschrijving van zichzelf verwoordt Froukje Zumbrink ook haar ideaalbeeld en haar motivatie om te starten als projectleider van het projectteam Masterclasses Duurzaam Onderwijs. Een samenwerking op één reisdag afstand, mede mogelijk gemaakt door digitale middelen.
Omringd door mooie natuur en in de buurt van een groot treinstation (zodat ze in één dag met de trein naar Nederland kunnen reizen), woont de nieuwe NADO-collega Froukje Zumbrink met man en kinderen sinds een jaar in het zuiden van Zweden. “De behoefte aan een omgeving met meer ruimte en natuur speelde mee bij onze emigratie. Voor onszelf en voor onze kinderen (7 en 4 jaar). Net als vele andere redenen, waaronder klimaatverandering en de mogelijkheid om als starter een huis te kopen, dan wel te kunnen bouwen in het groen.”
Hoe ben je NADO tegengekomen en wat sprak je aan in de functie?
“Ik kende NADO al via mijn freelancewerk voor Leren voor Morgen en het project Ecosafari (leren in de natuur van Terschelling) sprak me erg aan. Later zag ik de masterclasses voorbij komen en ik was direct enthousiast! Niet alleen over het mooie samenwerkingsverband met vele duurzaam onderwijs organisaties, maar ook over de vertaling van modellen (zoals het duurzaam onderwijsmodel van Teachers for Climate, waarin de Inner Development Goals ook worden omarmd) naar concrete handvatten voor docenten. In mijn ogen zijn de masterclasses ontzettend waardevol in deze transitieperiode naar een duurzamere samenleving.”
Je woont nu in Zweden. Vormt de onderwijsaanpak daar ook een inspiratiebron?
“Het is mooi om te zien hoeveel aandacht er is voor sociale ontwikkeling en de natuur (in de directe omgeving). Geen les over giraffen, maar uitgebreide projecten over het kleine bloemetje dat in het schoolbos groeit, de kikker die bij de schoolbeek leeft en de vogels die in de bomen bij de school wonen. Ook spelen de kinderen veel buiten. Weer of geen weer: de kinderen hebben een setje skipakken en warme laarzen op school en er is een grote warme droogkamer om alles weer droog te krijgen na een regenbui. Onze eerste indruk is dat de kinderen alle ruimte krijgen om zich te ontwikkelen in hun eigen tempo en dat iedereen als gelijkwaardig wordt gezien. De schoolomgeving voelt rustig en zonder prestatiedruk. Verder valt het ons op dat er overal niet óver het kind wordt gesproken, maar mét het kind en dat jonge kinderen al heel zelfstandig zijn.”
Waar komt jouw betrokkenheid bij duurzaamheid vandaan?
“Uit liefde en dankbaarheid voor de natuur en deze prachtige wereld. Mijn eerste liefde was de zee. Later volgde de polder, het zoetwater en het bos. Ik heb vele mooie reizen mogen maken, maar mijn meest dierbare plekken liggen allemaal (nog) in Nederland. En eigenlijk kan elke plek een dierbare plek worden. Vraag het me over tien jaar nog eens, misschien ben ik dan meer geworteld in het Zweedse landschap. Het is hier in elk geval prachtig en het hebben van vrije toegang tot natuur geeft me veel rust. Dat gun ik iedereen.”
Wat is jouw achtergrond, kennis en ervaring als het gaat om (duurzaam) onderwijs?
“Goed zorgen voor elkaar en je omgeving passen sowieso al heel erg bij mij. Na mijn studie heb ik achtereenvolgens via stages, reizen en (vrijwilligers)werk vanuit zoveel verschillende kanten geleerd over duurzaamheid, dat het onderdeel is geworden van mijn zijn. In mijn tijd als projectcoördinator bij het Wereld Natuur Fonds leerde ik veel over duurzaamheid en de veelzijdigheid van natuurbescherming. Bij Yuverta (voorheen Wellantcollege) was dat in de context van het onderwijs, en als bosbadgids heb ik mogen ervaren en aanschouwen hoe wij ons kunnen openstellen voor de natuur (en elkaar) en ons daarvan onderdeel kunnen voelen.
Korter geleden bij Malmö University heb ik me verdiept in regeneratief design en wat het betekent om écht inclusief te werken. Je houdt bij het ontwerpen rekening met al het leven en creeert dus ook meerwaarde voor al dat leven. Daarbij beperk je niet alleen de schade, maar zet je ook in op herstel en positieve verbetering, zoals het verbeteren van de waterkwaliteit, het verrijken van de bodem of meer groen aanbrengen. De inclusiviteit zit ‘m bijvoorbeeld in dat je vanuit een organisatie ook de belangen van ‘het niet-menselijk leven’ meeneemt bij beslissingen of dat je direct vanaf het begin op gelijkwaardige wijze met alle betrokkenen samenwerkt en ieders belangen erin meeneemt.
Uiteindelijk leer ik iedere dag bij en dan vooral als ik uit mijn ‘bubbel’ stap.”
Wat is jouw ideaal als het gaat om onderwijs en duurzaamheid?
“Een plek waar iedereen welkom is en wordt gerespecteerd, waar verschillende opvattingen naast elkaar mogen bestaan, waar samen wordt gewerkt. Een veilige plek ook, waar direct contact met de natuur en andere culturen plaatsvindt. Waar we leren dat we niet bang hoeven te zijn voor de natuur en elkaar, maar allemaal met elkaar verbonden zijn en afhankelijk zijn van elkaar.”
Hoe draagt NADO daaraan bij?
“NADO hecht veel waarde aan natuurervaringen in het onderwijs. Daarnaast komen er in de masterclasses vernieuwende invalshoeken aan bod, waaronder systeemdenken, toekomstdenken en biomimicry. Dat zijn onderwerpen die ik zelf heel interessant vind en waarbij de nadruk niet puur ligt op de theorie, maar ook op ervaringen en bijvoorbeeld stilstaan bij emoties, bij wat het met je doet. Dat vind ik een meerwaarde.”
En wat hoop jij daaraan bij te dragen?
“Door aan de achterkant alles soepel te regelen en ons werk onder de aandacht te brengen, hoop ik dat onze trainers – waarvan velen ook zelf docent zijn – vele andere docenten kunnen inspireren en uitrusten met tools om hun eigen leerlingen duurzame ervaringen te geven. Daarnaast hoop ik samen met het team continu te blijven leren en bij te dragen aan de ontwikkeling van nieuw waardevol aanbod.”
Tekst: Trisha Goossens | Foto: uit eigen beheer